h

Vragen: onthullingen Joep Dohmen over Burgemeester van Grunsven

9 oktober 2013

Vragen: onthullingen Joep Dohmen over Burgemeester van Grunsven

"Dit gaat niet over goed of fout, maar over volledig. Over nieuwe feiten en het onder ogen komen van de rollen van leidende figuren in onze stad tijdens de oorlog."
SP-fractievoorzitter Ron Meyer naar aanleiding van de onthullingen van onderzoeksjournalist Joep Dohmen

SP-fractievoorzitter Ron Meyer vraagt het College van Burgemeester en Wethouders in schriftelijke vragen of de onthulde feiten over onder andere de rol van Burgemeester van Grunsven tijdens de Tweede Wereldoorlog aanleiding vormen om de geschiedenis van onze stad onder de loep te nemen en de tot nog toe gehanteerde geschiedschrijving aan te vullen.

Wat is er aan de hand?
Voormalig burgemeester Marcel van Grunsven is ereburger van onze stad. Er is een plein naar hem vernoemd. Van Grunsven was burgemeester in oorlogstijd. Hij stond zonder enige twijfel voor dilemmas en situaties die voor de hedendaagse Heerlenaar moeilijk voorstelbaar zijn. In de gemeentelijke geschiedschrijving wordt Van Grunsven een heldenrol toegedicht. Rijckheyt omschrijft zijn rol tijdens de oorlog als volgt:

"Tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft Van Grunsven een belangrijke rol vervuld. Heel wat collegaburgemeesters traden bij de komst van de bezetter af. Van Grunsven bleef op zijn post en maakte het de Duitsers heel moeilijk. Hij kende precies de Gemeentewet en zijn bevoegdheden en wist daardoor maatregelen van de bezetter te saboteren, te vertragen en ongedaan te maken. Hij was hierin zeer onwrikbaar en toonde veel moed."

Onderzoek door Joep Dohmen
Onderzoeksournalist (nu NRC, voorheen Limburgs Dagblad/Dagblad de Limburger) en Heerlenaar Joep Dohmen werp met zijn recent verschenen boek 'De geur van kolen' een nieuw licht op de rol van Van Grunsven en andere leidende personen in de Heerlense samenleving tijdens en vlak na de oorlog.

Uit archiefonderzoek blijkt volgens Dohmen dat Van Grunsven de meeste orders van de bezetter uitvoerde, inclusief racistische maatregelen tegen Joden. Ook zou hij hartelijke vriendschappen met Nazi-gezinde zakenmensen, NSBers en hoge functionarissen van de Duitse bezetter hebben gehad. Van Grunsven zou gemeentepersoneel hebben verordonneerd niets tegen de belangen van de bezetter te doen en hen uiteenlopende werkzaamheden voor de bezetter hebben laten verrichten. Dohmen omschrijft hoe een nazi-gezinde zakenman met gemeentelijke opdrachten zou zijn bevoordeeld. De geheime zuiveringscommissie constateerde dat het gedrag Van Grunsven op 5 punten afkeuring verdiende, maar kwam niet tot een officiele veroordeling.

In het onderzoek van het Bijzonder Gerechtshof Den Bosch (voor de strafrechtelijke berechting van collaborateurs) wordt geconstateerd dat Van Grunsven "zich tot instrument der nazis had gemaakt"

...de geschiedens tijdens de bezetting gerust mag worden geschreven...
Er kan geen twijfel bestaan over de moeilijke dilemmas waarvoor veel mensen in de oorlog stonden, zeker burgemeester in oorlogstijd van Grunsven. Er valt niet of slechts moeilijk iets over zijn morele overwegingen te zeggen. Tot nog toe werd Van Grunsven een moedige en onwrikbare heldenrol toegedicht. Joep Dohmen heeft aan de hand van zijn archiefonderzoek nieuwe feiten onthuld.

Tijdens de eerste gemeenteraadsvergadering (de tijdelijke gemeenteraad, 28 augustus 1945) na de oorlog spreekt nota bene Burgemeester van Grunsven zelf over het vastleggen van de geschiedenis tijdens de bezetting "van deze zo lang geknechte stad, waarvan de geschiedenis tijdens de bezetting gerust mag worden geschreven"

Zo volledig mogelijk
Deze vragen gaan niet over goed of fout, maar over zo volledig mogelijk. De geschiedenis is veel complexer dan zwart of wit, goed of fout. Nieuwe feiten kunnen een vollediger beeld geven van de gang van zaken, de gebeurtenissen en de rol van leidende figuren in onze stad tijdens en vlak na de oorlog. Het archiefonderzoek van Dohmen wijst niet alleen op de rol van Van Grunsven, maar op de rollen van Mijndirecties, politie-apparaat, zakenmensen en andere leidende figuren in Heerlen.

De SP vraagt het College van Burgemeester en Wethouders of de onthulde feiten aanleiding vormen om de geschiedenis van onze stad onder de loep te nemen en wellicht de tot nog toe gehanteerde geschiedschrijving aan te vullen.

De vragen:

  1. Bent u bekend met de offici?le (gemeentelijke) geschiedschrijving, zoals op de website van Rijckheyt over de rol van leidende figuren, zoals Burgemeester van Grunsven aan wie onwrikbaarheid, moed en brutaliteit tegen de bezetter wordt toegedicht?
  2. Bent u bekend met het archiefonderzoek en het boek De geur van kolen van onderzoeksjournalist Joep Dohmen? Zo ja, deelt u de opvatting dat het boek nieuwe feiten onthuld over een belangrijk deel van de geschiedenis van onze stad?
  3. Deelt u de opvatting dat het belangrijk is om de officiele geschiedschrijving zo volledig mogelijk te laten zijn (indachtig wat Burgemeester van Grunsven daarover zelf verklaarde tijdens de eerste gemeenteraadsvergadering na de bevrijding van een stad waarvan de geschiedenis tijdens de bezetting gerust mag worden geschreven) en deze nieuwe feiten derhalve uw en onze aandacht verdienen? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
  4. Bent u bereid (verder) onderzoek te (laten) verrichten naar deze nieuwe feiten over de rol van leidende figuren (zoals Burgemeester van Grunsven) in onze stad tijdens en vlak na de Tweede Wereldoorlog? Zo nee, waarom niet?
  5. Welke mogelijkheden en methodes ziet u daartoe (bijna 70 jaar na de oorlog)?
  6. Bent u bereid op enig moment hierover (zoals: uw afweging tot en de doelen van een eventuele nader onderzoek) het debat in de gemeenteraad(scommissie) te voeren?

U bent hier